Die allereerste keer dat je je kleintje tegen je aan draagt is zo bijzonder... Maar misschien voel je ook een beetje onzekerheid. Hoe stel je de draagzak goed af? Is je baby wel comfortabel? Geen zorgen! Met deze tips maken we jullie eerste draagervaring samen nóg specialer.
1. Neem even de tijd om jullie op je gemak te voelen
Kies een rustig moment waarop jij en je baby ontspannen zijn. Het is voor jullie allebei nieuw, dus geef jezelf de ruimte om rustig te wennen. Begin bijvoorbeeld thuis in plaats van meteen op een drukke plek. Zo kunnen jullie samen ontdekken hoe het voelt en heb je alle tijd om de draagzak perfect af te stellen.
2. Zorg voor de perfecte pasvorm voor jullie beiden
Een goed afgestelde draagzak zorgt voor optimaal draagcomfort, zowel voor jou als je kleintje. Let op deze punten:
- Je baby zit hoog genoeg om een kusje te kunnen geven op het hoofdje
- Het ruggetje en heupje worden goed ondersteund in de natuurlijke M-houding
- De draagzak voelt comfortabel aan op je schouders en rug
- Je kleintje zit lekker dicht tegen je aan, veilig en geborgen
Met onze Karē carrier stel je in 4 simpele stappen de perfecte pasvorm in. Zo kunnen jullie zonder gedoe genieten van die speciale momenten samen.
3. Kleed je baby niet te warm aan
In de draagzak wordt je kleintje heerlijk warm door jullie lichaamswarmte. Eén laagje kleding minder is daarom vaak een goed idee. Je kunt zelf checken of je baby het niet te warm heeft door in het nekje te voelen. Voelt het daar warm en een beetje vochtig aan? Dan mag er wel een laagje uit.
Voor koelere dagen kun je de Lammy Layer gebruiken. Deze is gemaakt van premium Nieuw-Zeelands lamsvacht dat van nature ademt. Perfect om je kleintje warm te houden als het buiten kouder is!
4. Beweeg zachtjes voor extra geborgenheid
Wist je dat de meeste baby's de draagzak extra heerlijk vinden omdat het lijkt op wat ze in de buik gewend waren? Die lichte schommelbeweging tijdens het lopen geeft een vertrouwd en veilig gevoel. Als je merkt dat je baby wat onrustig is, kan een zacht wiegende beweging vaak wonderen doen. Loop rustig rond of maak een zachte dansbeweging. Voor je het weet dommelt je kleintje heerlijk in!
5. Let op de ademruimte
Zorg altijd dat het gezichtje van je baby goed zichtbaar is en dat er voldoende ruimte is tussen de kin en de borst. Je moet altijd minimaal één vinger tussen het kinnetje van je baby en de stof kunnen steken. Dit voorkomt dat je kleintje in een te gebogen houding komt waarbij de ademhaling belemmerd kan worden.
6. Las korte pauzes in tijdens langere draagmomenten
Dragen is fijn voor jullie band, maar variatie is ook belangrijk. Tijdens langere draagmomenten kun je af en toe even pauzeren, zodat je kleintje ook in andere houdingen kan bewegen. Leg je baby bijvoorbeeld even op een dekentje voor wat speelmomentjes of buikligtijd. Zo krijgen jullie beiden even rust en kan je baby zich ook op andere manieren ontwikkelen.
7. Geniet bewust van de momenten samen
Het allermooiste aan dragen? Die bijzondere momenten van verbinding tussen jullie. Dragen zorgt voor een boost aan het knuffelhormoon oxytocine, zowel bij jou als bij je kleintje. Dus geniet van al die kleine details: de zachte ademhaling van je baby, de warmte van jullie lijfjes tegen elkaar, en dat gevoel van samen één zijn. Want deze kostbare tijd gaat zo snel voorbij.
Heb je nog vragen over het dragen van je baby? We denken graag met je mee. Neem gerust contact met ons op of lees hier ons verhaal.